Geschiedenis

De behoefte om jaartallen, gebeurtenissen en hele ontwikkelingen vast te leggen en in onderlinge samenhang historisch te beschrijven en analyseren heeft lange wortels. Reeds in de Klassieke Oudheid is nadrukkelijk geprobeerd het verleden te duiden. Zoveel historici, zoveel soorten geschiedenissen. In de loop van de eeuwen heeft de geschiedschrijving allerlei vormen aangenomen: van de kroniekachtige overzichten die in kloosters werden gemaakt en de dagboekachtige aantekeningen van individuen, tot de vaak thematische monografieën die aan universiteiten werden vervaardigd en wetenschappelijke overzichtswerken zoals indexen, dictionaires en encyclopedieën. Steeds meer zijn er geschiedkundige deelterreinen ontstaan. Voorbeelden hiervan zijn de kerkgeschiedenis, politiek-theoretische werken en de beschrijvingen van werelddelen, landen en steden. Vanwege de aandacht die er aan de Radboud Universiteit sinds haar stichting in 1923 is geweest voor de geesteswetenschappen, is geschiedschrijving er tegenwoordig in de volle breedte te bestuderen en valt geschiedenis er volop te beleven – in woord en beeld.

Uitgelichte boeken

Dagboek van broeder Wouter Jacobs 


In de zomer van 1572, vier jaar na het uitbreken van de Tachtigjarige Oorlog, keerden veel steden in Holland en Zeeland zich tegen het Spaanse gezag. Amsterdam schaarde zich niet achter de opstandelingen en bleef de Spaanse koning Filips II trouw. Dat was een gedurfde zet: Amsterdam was een van de weinige steden die zich niet verzette tegen de Spaanse overheersing. Als tegenreactie sloten de geuzen Amsterdam van de buitenwereld af door de aanvoerroutes en handel over land en over zee te blokkeren. Tijdens het beleg van Amsterdam (1572-1578) hield broeder Wouter Jacobs een dagboek bij, waarin hij gedetailleerd verslag doet van het wel en wee van de stad, tot het moment waarop Amsterdam in mei 1578 overstag gaat en zich aansluit bij de Opstand. Het dagboek is uniek: het geeft een zeldzaam inkijkje in de historische gebeurtenissen die het verleden van Amsterdam hebben getekend.
 

Meer lezen? Dagboek van broeder Wouter Jacobsz 1572-1579, onder redactie van H. de Kruif.

Dagboek-1

Nederlantsche historien ofte geschiedenissen


Emanuel van Meteren (1535-1612) werd geboren in het katholieke Antwerpen, in een protestantsgezind gezin. Zijn vader had een risicovol beroep: hij was uitgever en handelaar in boeken die door de Rooms-Katholieke Kerk verboden waren. Emanuel van Meteren werd in 1550 naar Londen gestuurd en bouwde daar een bestaan op als koopman. Jaren later werd hij aangesteld als ‘consul der Nederlandsche kooplieden’. Hij was getuige van de eerste helft van de Tachtigjarige Oorlog en hield nauwgezet allerlei gebeurtenissen uit zijn tijd bij. Hij bracht verbeteringen aan, vulde zijn notities aan met nieuwe informatie en ontpopte zich zo tot geschiedschrijver. De
Nederlantsche historien ofte geschiedenissen beslaat de geschiedenis van de Lage Landen van 1369 tot 1612, waarbij de nadruk ligt op de contemporaine geschiedenis, de jaren waarin de Lage Landen verwikkeld waren in de strijd tegen de Spaanse overheersing.  

Drillingberichte


De Drillingsberichte is een verzameling van zo’n 160 brieven die de Duitstalige joodse arts Felix Oestreicher tussen 1937 en 1943 schreef. Samen met zijn vrouw Gerda had hij drie dochtertjes: de tweeling Helli en Maria (1936) en hun zus Beate (1934). Felix stuurde brieven aan zijn familie om ze op de hoogte te houden van het wel en wee van het gezin. De eerste brief schreef hij in 1937, toen ze nog in Karlsbad woonden. Om te ontsnappen aan de Tweede Wereldoorlog vluchtte het gezin in 1938 naar Nederland. Ze wisten niet te ontkomen: op 1 november 1943 werd het gezin gearresteerd en naar Westerbork – en later Bergen-Belsen – getransporteerd. Alleen Helli bleef vanwege ziekte in Nederland achter. In 1945 werd het gezin bevrijd, maar kort daarna stierven Felix en Gerda aan tyfus. De meisjes werden herenigd en groeiden in vrijheid op in Nederland.